Sommige kinderen wonen al hun halve leven in een vluchtelingenkamp. Anderen zijn er zelfs geboren. Wat doet dat met een kind? Kinderrechtendeskundige Majorie Kaandorp en noodhulpdeskundige Marieke Roelfsema van UNICEF Nederland vertellen.
Eventjes opwarmen: deze jongens verdringen zich om een vuurtje in een vluchtelingenkamp in Jordanië.
© UNICEF/Lane
Elk kind hoort kind te kunnen zijn, in veiligheid. Maar voor gevluchte kinderen is dat alles behalve vanzelfsprekend. Zij zitten voortdurend in onveilige situaties. Ze zijn extra kwetsbaar voor uitbuiting, seksueel misbruik of ander geweld. Voor en tijdens hun vlucht hebben ze vreselijke dingen meegemaakt. Om te overleven moeten kinderen soms al heel jong werken, en meer en meer jonge meisjes worden uitgehuwelijkt. Marieke Roelfsema: 'Uit onderzoek weten we dat die constante onveiligheid een negatieve invloed heeft op het verdere leven van kinderen. Welzijn, ontwikkeling, zelfvertrouwen: alles komt in gevaar.'
Gevluchte kinderen ontwikkelen sneller psychische stoornissen, zoals posttraumatisch stresssyndroom en angststoornissen, blijkt uit internationale onderzoeken. In een van de onderzoeken vertelden kinderen dat ze voortdurend zó bang of boos zijn, dat niets ze kan kalmeren. Een kwart van de kinderen voelde zich zó hopeloos dat ze niet verder wilden leven. Aan andere kinderen werd gevraagd een 'veilige plek' te tekenen, maar sommigen konden geen enkele veilige herinneringen oproepen. In plaats daarvan tekenden ze tanks en soldaten.
“Die constante onveiligheid heeft een enorme invloed op kinderen”
Marieke Roelfsema, noodhulpdeskundige UNICEF Nederland
Ook ouders maken verschrikkelijke dingen mee, en worstelen met trauma’s. Dat heeft enorm veel invloed op hoe kinderen zich voelen en gedragen. Majorie Kaandorp: 'Ineens zijn je sterke ouders niet zo sterk meer. Je ziet dat ook zij verdrietig zijn, wanhopig en kwetsbaar. Het evenwicht in een heel gezin raakt verstoord. Kinderen verliezen hun onbezorgdheid en onschuld, en worden noodgedwongen veel te snel volwassen.'
“Kinderen moeten veel te snel volwassen worden”
Majorie Kaandorp, kinderrechtendeskundige UNICEF Nederland
Sommige gevluchte kinderen hebben jaren geen onderwijs gehad, terwijl UNICEF onderwijs ziet als één van de eerste levensbehoeften. Net zo belangrijk als eten en drinken. Majorie: 'Kinderen willen spelen en leren, allemaal! Een kind dat niet naar school gaat, staat stil. Het kan zich cognitief, motorisch en sociaal niet goed ontwikkelen. Kinderen die niet naar school gaan, voelen zich verloren en missen aansluiting bij hun leeftijdsgenoten. Daarnaast zorgt school heel praktisch voor een doel en een dagritme. Ook dat is ontzettend belangrijk.'
Je hebt de ellende van de oorlog en je vlucht overleefd… maar dan? Hoe ziet de toekomst eruit? Ís er wel een toekomst? Marieke: 'Uitzichtloosheid is een heel groot probleem voor gevluchte kinderen. Dat gevoel tast kinderen echt aan in hun diepste wezen. Want hoe moet je je leven leiden als je niet weet of en wanneer je echt verder kunt? Hoe moeilijk ook: UNICEF helpt deze kinderen, en probeert ze hun toekomst terug te geven. Door ze naar school te laten gaan, ondanks alles. Door ze hun dromen te laten koesteren. Door ze te laten voelen: er is hulp voor mij, ze denken aan mij. Dat is zó belangrijk, zeker nu de situatie al zo lang duurt. Al die dingen geven hoop. En hoop… doet leven.'